Al deze uitzonderingen, ofwel 'beperkingen' op het auteursrecht worden in de wet opgesomd. Aan sommige uitzonderingen is de voorwaarde gekoppeld dat de rechthebbende een billijke vergoeding voor het gebruik van zijn werk moet krijgen. Dat gebeurt via collectieve regelingen zoals de thuiskopieheffing, het leenrecht en het reprorecht.
In de praktijk zijn dit de belangrijkste uitzonderingen:
Kopiëren voor privégebruik
Het is toegestaan om van een auteursrechtelijk beschermd werk een enkele kopie te maken voor eigen oefening, studie of gebruik. De nadruk ligt op eigen. Het is wel toegestaan een kopie maken in opdracht van iemand anders die dat dan zelf gaat gebruiken. Iemand kan u bijvoorbeeld vragen een artikel te fotokopiëren zodat hij het ook kan lezen. Maar het is dus niet toegestaan om meerdere kopieën te maken en die onder anderen te verspreiden.
Bij muziek, films en ebooks ligt dit anders, daarvan mag u uitsluitend zelf en voor uzelf een kopie maken. Een kopie voor een ander, of dat nu gratis of tegen betaling is, mag niet.
Software mag helemaal niet gekopieerd worden, ook niet voor privégebruik. Wel toegestaan zijn tijdelijke, technische kopieén die door de computer automatisch worden gemaakt; die zijn immers noodzakelijk om van de software of bijvoorbeeld van het internet gebruik te kunnen maken.
Om te zorgen dat rechthebbenden een billijke vergoeding krijgen voor door de wet toegestane privékopieën is de
thuiskopieregeling ingevoerd.
Citeren
Korte citaten mogen worden gebruikt zonder daarvoor eerst toestemming te vragen, bijvoorbeeld in een artikel, scriptie, werkstuk of recensie. Voorwaarde is dat de bron en de naam van de auteur erbij vermeld worden. Er mag alleen worden geciteerd uit werken die al gepubliceerd zijn, anders is wél eerst toestemming nodig van de auteur. Het citaat moet dienen ter verduidelijking van iets wat betoogd of beschreven wordt. Het moet dus inhoudelijk relevant zijn en het mag maar een klein onderdeel uitmaken van het geheel.
Foto's en illustraties mogen in hun geheel worden geciteerd. Ze moeten dan wel duidelijk afwijken van het origineel, en niet groter worden afgebeeld dan noodzakelijk. Een foto of afbeelding die alleen ter illustratie gebruikt wordt is geen ‘citaat’, daarvoor is dus wel toestemming nodig.
Meer over citeren leest u
hier.
Parodiëren
Om een goede karikatuur, parodie of pastiche te maken is het soms noodzakelijk om een deel van het werk waar hij op gebaseerd is over te nemen. Omdat lang niet alle rechthebbenden toestemming zouden geven voor een humoristische kritiek op hun werk, is in het auteursrecht een uitzondering gemaakt voor parodiëren. Dat mag dus, maar voorwaarde is wel dat de parodie "in overeenstemming is met wat in het maatschappelijk verkeer redelijkerwijs geoorloofd is". Wat redelijkerwijs geoorloofd is, is sterk afhankelijk van de omstandigheden van het geval. Maar bijvoorbeeld smaad of belediging zijn in het algemeen niet geoorloofd, dus ook niet in een parodie. Ook mag in een parodie niet meer van het oorspronkelijke werk zijn overgenomen dan nodig is.
Gebruik in het onderwijs
Binnen het onderwijs mag veel meer met auteursrechtelijk beschermde werken dan normaal gesproken het geval is, anders zou het onderwijs te veel worden belemmerd. De vuistregel is: als auteursrechtelijk beschermd werk in de klas openbaar wordt gemaakt voor onderwijsdoeleinden, denk aan het laten horen van muziek, het tonen van beeld of het voordragen van tekst, dat dit mag zonder toestemming of vergoeding. Voor openbaar maken van auteursrechtelijk beschermd werk dat niet onder het leerplan valt, bijvoorbeeld muziek of voorstellingen tijdens feest- en klassenavonden, is die toestemming wél nodig en hiervoor moet ook een vergoeding worden betaald. Daarvoor zijn diverse collectieve regelingen getroffen.
Het reproduceren van auteursrechtelijk beschermd werk als toelichting of aanvulling, niet vervanging, is onder voorwaarden toegestaan tegen een billijke vergoeding. Denk bijvoorbeeld aan kopieën van boeken, tijdschriften of dagbladen, los of gebundeld. Daarvoor bestaan regelingen met Stichting
Reprorecht en Stichting
Uitgeversorganisatie voor Onderwijslicenties (UvO).
Let wel: deze uitzonderingen zijn in beginsel alleen bedoeld voor onderwijs dat uit naam van de overheid of door een rechtspersoon zonder winstoogmerk wordt gegeven.
Meer over gebruik van beschermde werken in het onderwijs leest u
hier.